De stem van de Texaan Paul Cauthen zit ergens in de buurt van Nick Cave, Waylon Jennings en Johnny Cash, een diepe bariton. Ook zijn liedjes zouden uit de pen van dat grote trio kunnen komen. Hij heeft een leven vol drank, dakloosheid en ellende achter zich en het is eigenlijk een klein wonder dat hij nog leeft. Zelf is hij verbaasd dat hij inmiddels met muziek maken zijn brood kan verdienen. “Ik heb het gemaakt,” zegt hij daarover. Op zijn derde soloplaat Room 41 overtreft hij zichzelf; de liedjes zijn ronduit briljant en de muziek is beter dan ooit. Vrolijk is het allemaal niet, maar het is wel uit het leven gegrepen. Om kippenvel van te krijgen.